Ik hoef je denk ik niet te vertellen hoe onmisbaar het internet is voor velen van ons. Slechts met één muisklik of een tikje op je scherm heb je toegang tot een schat aan informatie en entertainment.
Niet iedereen staat echter stil bij het feit dat de online wereld heel anders wordt ervaren door mensen met een functiebeperking zoals blindheid, doofheid, motorische beperkingen of cognitieve beperkingen.
In sommige gevallen zijn websites of delen van websites voor hen zelfs helemaal niet te gebruiken. Dat moet anders. In dit artikel lees je wat webtoegankelijkheid inhoudt, waarom het belangrijk is voor jou en je gebruikers, en hoe je kunt beginnen met het verbeteren van jouw site.
Niet op jouw gebruikers van toepassing? Think again
Volgens een schatting van Jeroen Hulscher (https://jeroenhulscher.nl/hoeveel-mensen-hebben-een-beperking/), die cijfers vanuit verschillende bronnen heeft samengevoegd, zijn er zo’n 4,5 miljoen mensen in Nederland met een functiebeperking, zoals blind- of slechtziendheid, doofheid, motorische beperkingen en meer.
Ondanks dat deze groep al ontzettend groot is – want vergis je niet, 26% is een grote groep – is de groep eigenlijk nog een stuk groter, als je ook tijdelijke en situationele beperkingen meetelt. Denk bijvoorbeeld aan mensen die een hersenschudding hebben, of een gebroken arm. Voor hen kan het tijdelijk lastig zijn om hun computer of telefoon te bedienen zoals ze dat normaal zouden doen.
En we kunnen het nog verder trekken: stel je voor dat je op een luidruchtig kantoor zit, of juist in een stiltecoupé in de trein. Wil je dan een filmpje kijken, dan heb je – als je geen koptelefoon bij je hebt – toch echt ondertiteling nodig om de inhoud te kunnen volgen.
Toegankelijkheid is dus zeker niet iets ‘voor maar een paar mensen’. Iedereen heeft er profijt van.
Een korte introductie tot webtoegankelijkheid
Al in 1997 gaf Tim Berners-Lee – één van de grondleggers van het internet – aan dat “de kracht van het web [hem] zit in zijn universaliteit. Toegankelijkheid voor iedereen, ongeacht beperking, is essentieel.”
Als we het letterlijk over toegang tot het internet hebben, zitten we in Nederland helemaal niet verkeerd: bijna iedereen heeft WiFi of een mobiele data-abonnement. Het gaat daarom eigenlijk meer om de vraag: in hoeverre kunnen mensen met een beperking hetzelfde uit een website halen als mensen zonder beperking?
Om ontwikkelaars op weg te helpen, heeft het Worldwide Web Consortium (W3C) internationale richtlijnen voor toegankelijkheid opgesteld: de Web Content Accessibility Guidelines (WCAG) (https://www.w3.org/TR/WCAG21/). Die richtlijnen zijn gebaseerd op 4 onderliggende principes.
- Waarneembaar: Gebruikers moeten op de één of andere manier de content tot zich kunnen nemen. Waar de meeste gebruikers hun zicht gebruiken om bijvoorbeeld een tekst te lezen, is dat niet mogelijk voor iemand die slechtziend of blind is. Dat betekent dat je alternatieven moet aanbieden, zoals audio als alternatief voor tekst, en ondertiteling of transcripties als alternatief voor audiovisuele content.
- Bedienbaar: Gebruikers moeten kunnen interacteren met alle bedieningselementen en interactieve elementen op de website. Dat betekent dat alles wat een gebruiker met een muis of touchscreen kan doen, ook beschikbaar moet zijn voor gebruikers die alleen een toetsenbord of ander hulpmiddel kunnen gebruiken.
- Begrijpelijk: De content en bediening moeten begrijpelijk zijn en verwarring voorkomen. Dat houdt bijvoorbeeld in dat de website op een voorspelbare en consistente manier werkt en dat gebruikers eventuele fouten (in bijvoorbeeld een formulier) kunnen herstellen, ongeacht op welk apparaat of via welk hulpmiddel ze de site bezoeken.
- Robuust: De website moet zo opgebouwd zijn dat hij door zo veel mogelijk browsers, apparaten en ondersteunende technologieën ondersteund wordt.